Een moeizame start
Moe en een beetje verdrietig wrijf ik over de koude en pijnlijke knokkels, botjes en gewrichten van mijn vingers en handen. Ik staar vanochtend tijdens mijn ontbijt in de blauwe vlammetjes van het gashaardje, dat ik heb kunnen lenen van een dorpsgenoot, terwijl mijn drie gloednieuwe, prachtige en krachtige electrische radiatoren ongebruikt in een hoek staan.
Het is mijn enige bron van warmte op dit moment, nu de Andalusische zon het al een paar weken laat afweten, het regent en vele malen kouder is dan normaal gesproken. En dat alles doet mijn artrose geen goed. Al dik twee weken douche ik met ijskoud water, loop ik met twee, drie truien over elkaar in huis. De schaarse, ietwat warmere kleding, die ik mee heb genomen deze eerste keer, is vies en ruikt niet meer fris. Ik probeer mijn ondergoed wat uit te wassen in koud water. Dit is niet zoals ik mij mijn verhuizing naar Andalusië had voorgesteld. Het is back to basic en af en toe, om heel eerlijk te zijn, is het ronduit afzien.
Ik heb een geweldig leuk dorpshuisje, in een gezellig klein dorpje. Toen ik het kocht, was ik er heel blij mee; mijn Andalusische avontuur gaat beginnen! De werkelijkheid is door Corona anders geworden. Het dorp lijkt uitgestorven, niets van het heerlijke, roezemoezerige buitenleven te bekennen. En vóór de koop zou al geregeld zijn dat er elektriciteit zou zijn in het huis. Alles is namelijk aanwezig, er hoeft alleen maar een knop om, maar dát gaat via de bureaucratische kanalen van Spanje niet zo heel erg makkelijk. Zeker niet nu alles in lockdown is, kantoren dicht, en je niemand kunt bereiken.
Het is menselijk om te proberen een schuldige aan te wijzen: “De verkoper had beloofd het te regelen vóór de koop!”, “Waarom neem je een advocaat in de arm, als deze met jouw volmacht tekent, maar vergeet het meest essentiële te vragen?” (namelijk of de stroom geregeld is inmiddels). Of de electriciteitsmaatschappij, die geen sjoege geeft en geen uitzondering wil maken in deze vreemde tijd van lockdown. Dat stomme virus, dat iedereen binnen houdt en bang om contact te maken en waardoor ik soms ook bij aanbellen een dichte deur aantref. Het zijn allemaal gedachten die af en toe door mijn hoofd gaan. Maar dat helpt me niet verder en ook vanochtend maakt het me verdrietig en lijkt de kou nóg pijnlijker.
De focus verleggen
Ik kijk daarom juist nu op dit moment óók met je terug op twee weken waarin ik mij elke dag weer op de positieve dingen focus. Kijken naar wat er wel is en niet naar wat er niet is. Mijn zoektocht naar ‘waar is in godsnaam hier in de buurt een papiercontainer (met mijn auto volgeladen met wel honderd kartonnen dozen)’, en terwijl ik met handschoenen aan en mondkapje op in mijn auto rijd, want dat moet tegenwoordig, besef wat een geluk ik heb gehad dat ik nét voordat Spanje dicht ging deze fijne auto kon kopen. En hoe lekker warm het in de auto is, met de verwarming aan.
Ik kijk naar hoe ik elke dag gedag zeg tegen Manuel, een overbuurman, die de eerste keer hielp met mijn telefoon opladen en dus wél zijn deur opende voor me. Ik geniet van de grappige whatsappjes die ik wissel met overbuurvrouw Monica, die haar baan (en inkomen!) kwijt raakte voor de duur van Corona en het ook niet makkelijk heeft, alleen met twee kinderen, maar de moed erin houdt. En die mij desondanks met álles wil helpen en de eerste in het dorp was die mij enthousiast verwelkomde.
Ik kijk naar hoe de electriciën van het dorp elke dag aan de telefoon hangt om mij te helpen. Hoe zijn vrouw en zoon het gashaardje kwamen brengen voor me, tezamen met een warme kop koffie (de eerste in vijf dagen!) en cakejes. En een half uur later een klein gasfornuisje met een gasfles, zodat ik de tweede koude week hier water kon warm maken en een warme maaltijd kon koken. Hoe uiteindelijk, na een debacle met een aggregaat en een gesmolten WC-bril (zie mijn persoonlijke blog), de wat stuggere buurvrouw (die nogal geschrokken was dat een buitenlandse naast haar kwam wonen) me uiteindelijk toch hielp, door een verlengsnoer in te steken van haar huis naar het mijne, waardoor ik een koelkast kon insteken en mijn PC en telefoon kan opladen. En haar woorden met een eerste glimlach “daar zijn we buren voor, toch?”.
Ik kijk naar hoe een andere overbuurman, Enrique, terwijl ik heel druk mijn dakterras wittend hem niet had opgemerkt, vanaf zijn dakterras (netjes op de voorgeschreven sociale afstand van minimaal 1,5 maar werkelijk zo’n 7 meter) roept: ‘heeeey ben jij de nieuwe buurvrouw?’ en we zo kennismaken van terras naar terras.
Hoe zojuist de bezorger (die al héél vaak is geweest, omdat al mijn huisraad online wordt bezorgd); zegt “Hola Chica, nos vamos a conocer bien” (hee, meid, we gaan elkaar nog goed leren kennen), en ik zeg: “Ja, eerstdaags moet ik je uitnodigen voor het avondeten” en we allebei lachen. En in elke dag vind ik wel een lichtpuntje. En dat is wat me momenteel de veerkracht geeft om elke dag weer opnieuw op te staan, de kou en pijn te trotseren en verder te gaan met het opknappen van mijn huis.
En terwijl ik dit schrijf, met mijn pijnlijke handen, die inmiddels gloeien en dus niet meer koud zijn, piept de zon door de wolken, recht in mijn raam. Zie ik de natuur om me heen, die barst van gele bloemen, zoals ik dat ken van april hier in Andalusië. Ondanks die voor april ongewone kou, ondanks het leven dat hier stil ligt door Corona barst de natuur in volle omvang los. Alsof de natuur wil zeggen: wat nou kou, het is verdorie lente, hup met die bloemen, de lucht in! De natuur die de veerkracht heeft om altijd weer eerst iets te laten sterven en dan weer herboren te worden. Die veerkracht, die wil ik in mijzelf aanboren. En ook weet ik dat ik uit deze moeilijke periode weer sterker en krachtiger wordt ‘herboren’.
En dus zeg ik: wat nou, geen licht: al twee weken lang dinner by candlelight. Wat nou geen rust: al twee weken lang alle tijd om naar binnen te keren, en kracht en liefde in mijzelf te zoeken. En als ik pijn heb, en ik heb het koud, dan neem ik de tijd om daarmee te zijn, om mezelf warm te houden (al is het in bed gaan liggen, bij gebrek aan andere mogelijkheid). Of mezelf toe te staan dan maar niet zo hard te werken en niet met koud water te gaan schoonmaken, maar een boek te lezen, of een blog te schrijven.
Die combinatie van kiezen waar je de focus legt, én erkennen dat het soms niet makkelijk is, is voor mij dezelfde veerkracht als die natuur laat zien, elk seizoen weer. Zo wil ik ook mijn seizoenen leven.
Ik wens jou, in deze voor allen niet gemakkelijke tijd, veel lichtpuntjes, veel zelfliefde en heel veel veerkracht toe. Opdat jij, en iedereen die jou dierbaar is gezond mag zijn en blijven. Zorg goed voor jezelf!
Ook onze inspiratieblogs als Prikkelpost ontvangen (tezamen met nieuws, en eventuele acties)?
Schrijf je hier in!
Reactie schrijven